De filmindustrie, inmiddels meer dan een eeuw oud, is sinds het begin een fundamenteel onderdeel van het filmlandschap. Hoewel het idee van films zonder theaters ooit onwaarschijnlijk leek, heeft de snelle opkomst van streamingdiensten in de afgelopen jaren deze mogelijkheid aannemelijker gemaakt. Streamingplatforms worden steeds meer gezien als haalbare alternatieven voor traditionele cinema, wat leidt tot zorgen dat ze uiteindelijk bioscopen overbodig zouden kunnen maken. Deze angst werd groter tijdens de pandemie toen theaters gedwongen werden te sluiten en het publiek zich tot streaming wendde voor hun entertainment. Toen mensen gewend raakten aan het thuis kijken van films, ontstond er een dringende vraag die de toekomst van de filmindustrie zou kunnen bepalen: zullen streamingplatforms uiteindelijk bioscopen vervangen?
Het tijdperk waarin bioscopen de enige locatie waren om films te bekijken, is aan het verdwijnen. Studio's kunnen nu vergelijkbare inkomsten genereren uit streamingdiensten, die gemak en toegankelijkheid bieden. Veel studio's hebben deze verschuiving omarmd, aangetrokken door de snelheid, het gemak en de winstgevendheid van streaming. Dit perspectief roept echter een kritische kwestie op: is het bekijken van kunst uitsluitend door een kapitalistische lens de juiste benadering? Studio's blijven films in theaters uitbrengen, niet alleen voor artistieke expressie en winst, maar ook om meer aandacht in de pers te krijgen, meer erkenning te krijgen en, cruciaal, een groter publiek te krijgen. Om dit te beschermen, opereren films doorgaans binnen een 'theatraal venster', een aangewezen periode waarin ze niet op een ander platform dan theaters kunnen worden vertoond. De lengte van dit venster wordt bepaald door onderhandelingen tussen studio's en theaterketens, maar het is de laatste jaren steeds korter geworden, tot grote frustratie van theaters.
Vóór de COVID-19-pandemie duurde dit venster 90 dagen, waardoor studio's drie maanden na hun debuut in de bioscoop films konden uitbrengen op streamingplatforms. Maar toen bioscopen tijdens de pandemie gedwongen werden te sluiten, grepen studio's de kans om films tegelijkertijd in theaters en op streamingplatforms uit te brengen, een zet die ze al lang wensten. Deze strategie van dubbele releases stelt studio's in staat om vanaf dag één hun winst te maximaliseren, maar leidt ook tot minder theaterbezoek. Tijdens de lockdown hadden theaterketens weinig mogelijkheden om zich tegen deze verschuiving te verzetten, aangezien velen al op het punt stonden te sluiten.
Na de lockdown konden bioscopen geen gelijktijdige releases meer toestaan, omdat dit tot aanzienlijke financiële verliezen zou leiden. Daarom begonnen studio's en bioscopen te onderhandelen, wat ertoe leidde dat de meeste studio's akkoord gingen met een bioscoopvenster van 45 dagen, terwijl Universal Studios een korter venster van 31 dagen veilig stelde.
Dit theatrale venster bestaat deels omdat studio's nog steeds afhankelijk zijn van theaters voor hun eigen voordeel. Naast het genereren van inkomsten, helpen theaters een evenementensfeer te creëren rond een film, waardoor de kijkervaring meer wordt dan alleen entertainment. Hoewel sommige kijkers er misschien de voorkeur aan geven om nieuwe releases direct op streamingplatforms te bekijken, missen deze films vaak de bredere aantrekkingskracht van films die eerst exclusief in de bioscoop in première gaan. Het ervaren van een film in een volle bioscoop bevordert een gevoel van gemeenschap en opwinding dat simpelweg niet ontstaat als je alleen thuis kijkt.
Dit werd duidelijk geïllustreerd tijdens het 'Barbenheimer'-fenomeen vorig jaar, toen de gelijktijdige release van twee grote films, Barbie en Oppenheimer , een razernij veroorzaakte onder bioscoopbezoekers. Publiek stroomde in groepen naar de theaters, vaak gekleed in thematische outfits. Een soortgelijk evenement vond plaats met de release van Taylor Swift: The Eras Tour , die kijkers een concertachtige ervaring bood in een theatersetting. Deze unieke 'theaterervaring' is iets dat streamingplatforms eenvoudigweg niet kunnen evenaren.